-
2Betekenis: vallenvallen struikelen
-
7Betekenis: donderen
-
9Betekenis: opgevat wordenuitvallen vallen
-
10Betekenis: neerkomenneerploffen terechtkomen vallen
-
11Betekenis: glibberenslippen vallen uitglijden
-
12Betekenis: buitelenstruikelen vallen tuimelen
-
14Betekenis: duvelenvallen duikelen
-
15Betekenis: slippenuitglijden vallen glippen
-
17Betekenis: neerstortenvallen instorten
-
18Betekenis: landen
-
19Betekenis: neervallenomkletteren vallen omvallen
-
20Betekenis: springenvallen plonzen
-
22Betekenis: glijdenvallen schuiven
-
23Betekenis: behorenvallen ressorteren